RV op dividenden uit de eigen vennootschap
Sinds 1 januari 2016 is 27% roerende voorheffing op dividenden het standaardtarief geworden. Dat standaardtarief geldt niet voor dividenden uit ‘vastgeklikte reserves’ of een liquidatiereserve, of voor zgn. vvpr-bis-dividenden.
Vastgeklikte reserves. Heeft de vennootschap in 2013 of 2014 reserves ‘vastgeklikt’ in het kapitaal (art. 537 WIB 92), dan heeft zij toen 10% RV betaald. Daar stond tegenover dat er op een latere uitkering van deze reserves minder of zelfs geen RV meer betaald moet worden. Dat blijft zo op één wijziging na. Op de uitkering van dergelijk kapitaal binnen twee (‘kleine’ vennootschap) of vier (‘grote’ vennootschap) jaar na de kapitaalverhoging, bedraagt de RV voortaan 17% i.p.v. 15%.
Vermits de kapitaalverhoging in 2013 of begin 2014 heeft plaatsgevonden, is die twee jaar voor kleine vennootschappen meestal al voorbij. Deze wijziging heeft dus weinig praktisch belang.
Liquidatiereserve. Er is niets gewijzigd aan het tarief op de uitkering van een liquidatiereserve na de ‘sperperiode’ van vijf jaar. Dat blijft dus 5% (art. 269, § 1, 8° WIB92). Het tarief van de RV op een uitkering binnen de sperperiode bedraagt 17%.
Liquidatieboni die voortkomen uit vastgeklikte reserves of liquidatiereserves blijven vrijgesteld van rv, zonder sperperiode. Voor liquidatieboni uit andere reserves is het tarief voortaan 27%.
Vvpr-bis. Wie sinds 01.07.2013 geld heeft ingebracht in een kleine vennootschap n.a.v. de oprichting of kapitaalverhoging in ruil voor nieuwe aandelen op naam die volledig volstort zijn, kan dividenden op deze aandelen optrekken tegen een lagere RV, van eerst 20% en dan 15% (art. 269, §2 WIB 92) op voorwaarde dat de aandeelhouder ononderbroken volle eigenaar is gebleven van deze aandelen. Aan deze regeling is er niets veranderd.
Interesten uit de eigen vennootschap
Op interesten uit een vennootschap toegekend vanaf 1 januari 2016 bedraagt het RV-tarief altijd 27%, ongeacht of de interesten betaald worden op een rekening-courant (rc) of op een termijnlening, ongeacht wanneer de lening is afgesloten, ed.
RV op beleggingen
Vanaf 1 januari 2016 betaalt u 27% RV op dividenden van beursgenoteerde aandelen. Het gunsttarief voor dividenden van vastgoedbeleggingsvennootschappen is afgeschaft. U betaalt ook 27% RV op interesten van uw beleggingen, behalve voor de zgn. Leterme-bons en het niet-vrijgestelde gedeelte van de interesten op spaarboekjes waar de RV 15% blijft.
Overzichtstabel
Roerende inkomen | Tarief RV |
Dividend uit gewone aandelen zonder vrijstelling M-D richtlijn | 27% |
Dividend uit vvpr bis aandelen
|
27% 20% 15% |
Dividend uit aangelegde liquidatiereserve (art. 184quater WIB92)
|
17% 5% 0% |
Dividend uit bijzondere liquidatiereserve (art. 541 WIB92)
|
17% 5% 0% |
Terugbetaling van vastklikkapitaal (art. 537 WIB92) door een kleine vennootschap
|
17% 10% 5% |
Terugbetaling van vastklikkapitaal (art. 537 WIB92) door een grote vennootschap
|
17% 10% 5% |
Liquidatiedividend | 27% |
inkoopdividend | 27% |
Dividend uit residentiële vastgoedbevaks | 27% |
Interest op deposito’s, zichtrekeningen, termijnrekeningen, rekening-courant | 27% |
Interest op obligaties en kasbons | 27% |
Interest op volksleningen 2014 | 27% |
Interest op spaarboekjes (na vrijstelling 1880 EUR) | 15% |
Interest op Leterme staatsobligatie van eind 2011 | 15% |
Royalty’s, inkomsten uit roerende verhuur, onderverhuur en lijfrentes | 27% |
Inkomsten uit auteursrechten
|
15% 27% |
Bent u al geabonneerd op onze fiscale databank?
- Vind snel antwoorden op uw fiscale vragen. Ontdek de meerwaarde van Practinet voor uw praktijk.
Op de hoogte blijven van onze seminaries?
Schrijf je in voor onze nieuwsbrief