Belangrijke fiscale corona maatregelen zijn:
  • gedeeltelijke vrijstelling van doorstorting van bedrijfsvoorheffing (van de maanden juni 2020, juli 2020 en augustus 2020) ingevolge covid19 pandemie:
  • de vrijstelling  achterwaartse verliesaanrekening (= de carry-back regeling);
  • de wederopbouwreserve voor aanslagjaren 2022, 2023 en 2024;
  • verhoogd belastingvoordeel bij voorafbetalingen derde en vierde kwartaal voor boekjaar dat afsluit tussen 30 september 2020 en 31 januari 2021 inbegrepen;
  • vrijstelling voor corona steunpremies toegekend door gewesten, gemeenschappen, provincies of gemeenten om het hoofd te bieden aan de covid19-pandemie.

In welke mate zorgt een betaling of uitkering van dividenden en/of tantièmes dat vennootschappen uitgesloten zijn van die maatregelen?

Opgelet voor het uitkeringsverbod!

Gedeeltelijke vrijstelling van doorstorting van bedrijfsvoorheffing (van de maanden juni 2020, juli 2020 en augustus 2020) ingevolge covid19 pandemie

Alle werkgevers die in de periode tussen 12 maart 2020 en 31 mei 2020 gedurende één ononderbroken periode van minstens 30 kalenderdagen een beroep deden op 'Tijdelijke werkloosheid' kunnen een gedeeltelijke vrijstelling van doorstorting van de bedrijfsvoorheffing bekomen voor de maanden juni 2020, juli 2020 en augustus 2020. De werkgever kan voor al zijn werknemers aanspraak maken op deze steunmaatregel. Zij is niet beperkt tot de werknemers die effectief tijdelijk werkloos waren. (Art. 2, Wet van 15 juli 2020, BS 23 juli 2020).

De vrijstelling is echter NIET van toepassing op de vennootschappen die tijdens de periode van 12 maart 2020 tot 31 december 2020 (beide data inbegrepen)

      • een inkoop van eigen aandelen hebben verricht of
      • een toekenning of uitkering van dividenden hebben verricht (als bedoeld in artikel 18 WIB 92 met inbegrip van de uitkering van liquidatiereserves als bedoeld in de artikelen 184quater en 541 WIB 92) of
      • een kapitaalvermindering hebben verricht (met inbegrip van de kapitaalvermindering als bedoeld in artikel 537 WIB 92  = vermindering van “vastklikkapitaal”) of
      • elke andere vermindering of verdeling van het eigen vermogen (waaronder de uitkering van tantièmes) (1) hebben verricht

(1) De toekenning of uitkering van een tantième maakt een vermindering of verdeling van het eigen vermogen uit – in het kader van de coronamaatregelen - , aldus de minister (Parl. Vraag nr.472 C. Leysen, 24 juli 2020, V&A Kamer, 2019-2020 afl.27, 126).

De vrijstelling is ook NIET van toepassing op de vennootschappen die in de periode van 12 maart 2020 tot 31 december 2020

      • ofwel een rechtstreekse deelneming aanhouden in een vennootschap die gevestigd is in een Staat die is opgenomen op één van de lijsten waarnaar wordt verwezen in artikel 307, § 1/2, van hetzelfde Wetboek of een Staat die is opgenomen in de lijst in artikel 179, KB/WIB 92;
      • ofwel betalingen hebben gedaan aan vennootschappen die gevestigd zijn in één van de in het eerste streepje bedoelde Staten, voor zover deze betalingen in de loop van het belastbare tijdperk een totaalbedrag vormen van ten minste 100 000 euro, en niet werd aangetoond dat deze betalingen werden verricht in het kader van werkelijke en oprechte verrichtingen die het gevolg zijn van rechtmatige financiële of economische behoeften.

De vrijstelling  vervroegde verliesaftrek (= de carry-back regeling)

Voor het aanslagjaar 2019 of 2020 dat verband houdt met een boekjaar dat afgesloten werd tussen 13 maart 2019 tot 31 juli 2020, kan een vennootschap aanspraak maken op de tijdelijke vrijstelling van het geheel of een deel van het resultaat van het belastbare tijdperk vanwege eventuele verliezen die worden geleden in de loop van het volgende belastbare tijdperk dat verbonden is met, naar gelang het geval, het aanslagjaar 2020 of 2021. (Art. 194septies/1 WIB 92, ingevoerd door art. 20 wet van 23 juni 2020, BS 1 juli 2020, 2e ed.)

De vrijstelling vervroegde verliesaftrek is niet van toepassing op de vennootschappen die tijdens de periode van 12 maart 2020 tot en met de dag van de indiening van de aangifte verbonden met het aanslagjaar 2021 :

      • een inkoop van eigen aandelen hebben verricht of
      • een toekenning of uitkering van dividenden hebben verricht (als bedoeld in artikel 18, met inbegrip van de uitkering van liquidatiereserves als bedoeld in de artikelen 184quater en 541 WIB 92), of
      • een kapitaalvermindering hebben verricht (met inbegrip van de kapitaalvermindering als bedoeld in artikel 537 WIB 92  = vermindering van “vastklikkapitaal”), of
      • elke andere vermindering of verdeling van het eigen vermogen (waaronder de uitkering van tantièmes) (1)  hebben verricht.

(1) De toekenning of uitkering van een tantième maakt een vermindering of verdeling van het eigen vermogen uit – in het kader van de coronamaatregelen - , aldus de minister (Parl. Vraag nr.472 C. Leysen, 24 juli 2020, V&A Kamer, 2019-2020 afl.27, 126).

Deze regeling is ook niet van toepassing op de vennootschappen die, in de periode van 12 maart 2020 tot en met de dag van het indienen van de aangifte die verbonden is met het aanslagjaar 2021, ofwel:

      • een rechtstreekse deelneming aanhouden in een vennootschap die gevestigd is in een Staat die is opgenomen op één van de lijsten waarnaar wordt verwezen in artikel 307, § 1/2, of een Staat die is opgenomen in de lijst in artikel 179, KB/WIB 92; of,
      • betalingen hebben gedaan aan vennootschappen die gevestigd zijn in één van de in het eerste streepje bedoelde Staten, voor zover deze betalingen in de loop van het belastbare tijdperk een totaalbedrag vormen van ten minste 100 000 euro, en niet werd aangetoond dat deze betalingen werden verricht in het kader van werkelijke en oprechte verrichtingen die het gevolg zijn van rechtmatige financiële of economische behoeften.

Deze regeling is ook niet van toepassing voor de vennootschappen die op 18 maart 2020 konden worden aangemerkt als een onderneming in moeilijkheden.
Tenslotte is deze regeling ook niet van toepassing voor de vennootschappen die tijdens het belastbare tijdperk dat verbonden is met het aanslagjaar waarin aanspraak wordt gemaakt op de vrijstelling, in het toepassingsgebied van één van de volgende bepalingen zijn opgenomen:

1° beleggingsvennootschappen, de gereglementeerde vastgoedvennootschappen, alsmede de organismen voor de financiering van pensioenen bedoeld in artikel 8 van de wet van 27 oktober 2006;
2° de coöperatieve participatievennootschappen van de wet van 22 mei 2001;
3° de zeescheepvaartvennootschappen die forfaitair worden belast volgens de tonnagetaks.

Aanleg wederopbouwreserve

Vennootschappen kunnen een deel van de aangroei van de belaste reserves voor de belastbare tijdperken verbonden met de aanslagjaren 2022, 2023 en 2024 vrijstellen door de boeking van die winst op een vrijgestelde ‘wederopbouwreserve’ ten belope van maximum het boekhoudkundig verlies geleden in het boekjaar 2020 met een absoluut maximum van 20 miljoen euro. Vennootschappen die hun boekjaar afsluiten tijdens de periode van 1 januari 2020 tot 31 juli 2020 kunnen ervoor kiezen dat het maximale bedrag van de vrijstelling beperkt wordt tot het bedrag van het boekhoudkundige bedrijfsverlies voor het boekjaar dat afsluit in 2021, met een maximum van 20 miljoen euro. Deze keuze wordt gemaakt wanneer de reserve voor het eerst wordt aangelegd en is onherroepelijk. (artikel 194quater/1 ingevoegd Wet houdende de invoering van een wederopbouwreserve voor vennootschappen (1) van 19 november 2020 (BS 1 december 2020)).

Deze regeling is niet van toepassing voor volgende vennootschappen:

1° beleggingsvennootschappen, de gereglementeerde vastgoedvennootschappen, alsmede de organismen voor de financiering van pensioenen bedoeld in artikel 8 van de wet van 27 oktober 2006;
2° de coöperatieve participatievennootschappen van de wet van 22 mei 2001;
3° de zeescheepvaartvennootschappen die forfaitair worden belast volgens de tonnagetaks.
4° de vennootschappen, die in de periode van 12 maart 2020 tot aan de dag van de indiening van de aangifte die verbonden is aan het aanslagjaar waarin de wederopbouwreserve wordt aangelegd:

      • een inkoop van eigen aandelen, of
      • een toekenning of uitkering van dividenden hebben verricht als bedoeld in artikel 18, met inbegrip van de uitkering van liquidatiereserves als bedoeld in de artikelen 184quater en 541, of
      • een kapitaalvermindering hebben verricht met inbegrip van de kapitaalvermindering als bedoeld in artikel 537, of
      • elke andere vermindering of verdeling van het eigen vermogen (zoals de uitkering van tantièmes) (1) hebben verricht;

(1) De toekenning of uitkering van een tantième maakt een vermindering of verdeling van het eigen vermogen uit – in het kader van de coronamaatregelen - , aldus de minister (Parl. Vraag nr.472 C. Leysen, 24 juli 2020, V&A Kamer, 2019-2020 afl.27, 126).

5° vennootschappen die op 18 maart 2020 konden worden aangemerkt als een onderneming in moeilijkheden.

Hoger belastingvoordeel VA3 en VA4

Het belastingvoordeel van de voorafbetalingen, die betrekking hebben op het derde (VA3) en vierde kwartaal (VA4) van het boekjaar, die zijn gedaan ten laatste de tiende dag van de tiende maand van het boekjaar en de twintigste dag van de laatste maand van het boekjaar wanneer deze voorafbetalingen betrekking hebben op een belastbaar tijdperk dat afsluit tussen 30 september 2020 en 31 januari 2021 inbegrepen, bedragen respectievelijk 6,75% (voor VA3) (i.p.v. 6%) en 5,25% (voor VA4) (i.p.v. 4,50%). (Art. 218 WIB 92 gewijzigd door de wet van 29 mei, BS 11 juni 2020).

Het verhoogde belastingvoordeel voor VA3 en VA4 is niet  van toepassing op vennootschappen die in de periode van 12 maart 2020 tot en met de laatste dag van het betreffende belastbaar tijdperk dat afsluit tussen 30 september 2020 en 31 januari 2021 inbegrepen:

      • een inkoop van eigen aandelen verrichten of
      • een kapitaalvermindering verrichten, daaronder begrepen de in artikel 537 van hetzelfde Wetboek bedoelde kapitaalverminderingen, of
      • dividenden betalen of toekennen als bedoeld in artikel 18 van hetzelfde Wetboek, daaronder begrepen de in de artikelen 184quater, 537 en 541 van hetzelfde Wetboek bedoelde uitkeringen van liquidatiereserves, maar met uitsluiting van de in artikel 186 van hetzelfde Wetboek bedoelde uitgekeerde dividenden.

Merk op dat de zinsnede “of elke andere vermindering of verdeling van het eigen vermogen hebben verricht” bij deze maatregel niet voorkomt. Het uitkeren van tantièmes is dus GEEN belemmering voor het genieten van het hoger belastingvoordeel VA3 en VA4.

Het verhoogde belastingvoordeel voor VA3 en VA4 is enkel van toepassing op vennootschappen die in de periode van 12 maart 2020 tot en met de laatste dag van het betreffende belastbaar tijdperk dat afsluit tussen 30 september 2020 en 31 januari 2021 inbegrepen, aan de personen bedoeld in artikel 3:6, § 3, tweede lid, 6°, van het Wetboek van vennootschappen en verenigingen [ Het gaat om “de belangrijkste vertegenwoordiger van de uitvoerende bestuurders, de voorzitter van de directieraad, de belangrijkste vertegenwoordiger van de andere personen belast met de leiding of de belangrijkste vertegenwoordiger van de personen belast met het dagelijks bestuur”]  GEEN variabele remuneratie betalen.

Het verhoogde belastingvoordeel voor VA3 en VA4 is niet van toepassing op een vennootschap die, in de periode van 12 maart 2020 tot en met de laatste dag van het betreffende belastbare tijdperk, ofwel:

      • een rechtstreekse deelneming aanhoudt in een vennootschap die gevestigd is in een Staat die is opgenomen op één van de lijsten waarnaar wordt verwezen in artikel 307, § 1/2, van hetzelfde Wetboek of een Staat die is opgenomen in de lijst in artikel 179 van het KB/WIB 92;
      • betalingen heeft gedaan aan vennootschappen die gevestigd zijn in één van de in het eerste streepje bedoelde Staten, voor zover deze betalingen in de loop van die periode een totaalbedrag vormen van ten minste 100 000 euro, en niet werd aangetoond dat deze betalingen werden verricht in het kader van werkelijke en oprechte verrichtingen die het gevolg zijn van rechtmatige financiële of economische behoeften.

Vrijstelling voor corona steunpremies toegekend door gewesten, gemeenschappen, provincies of gemeenten om het hoofd te bieden aan de covid19-pandemie.

Vennootschappen kunnen de corona steunpremies toegekend tussen 15.03.2020 en 31.12.2020 door gewesten, gemeenschappen, provincies of gemeenten om het hoofd te bieden aan de covid19-pandemie, vrijstellen via aanpassing in meer van de begintoestand van de reserves.

Voorbeeld : Vlaamse en Brusselse premie van 4.000 euro of de Waalse premie van 5.000 euro bedoeld als inkomenscompensatievergoeding voor de sluiting van de handelszaak

Aan deze vrijstelling is geen voorwaarde van uitkeringsverbod gekoppeld.

Besluit

Coronamaatregel Niet van toepassing op vennootschappen die : 
gedeeltelijke vrijstelling van doorstorting van bedrijfsvoorheffing (van de maanden juni 2020, juli 2020 en augustus 2020) ingevolge covid19 pandemie tijdens de periode van 12 maart 2020 tot 31 december 2020 (beide data inbegrepen) dividenden en/of tantièmes toekennen of uitbetalen
 
de vrijstelling  achterwaartse verliesaanrekening (= de carry-back regeling); tijdens de periode van 12 maart 2020 tot en met de dag van de indiening van de aangifte verbonden met het aanslagjaar 2021, dividenden en/of tantièmes toekennen of uitbetalen
de wederopbouwreserve voor aanslagjaren 2022, 2023 en 2024 die in de periode van 12 maart 2020 tot aan de dag van de indiening van de aangifte die verbonden is aan het aanslagjaar waarin de wederopbouwreserve wordt aangelegd, dividenden en/of tantièmes toekennen of uitbetalen
verhoogd belastingvoordeel bij voorafbetalingen derde en vierde kwartaal voor boekjaar dat afsluit tussen 30 september 2020 en 31 januari 2021 inbegrepen in de periode van 12 maart 2020 tot en met de laatste dag van het betreffende belastbaar tijdperk dat afsluit tussen 30 september 2020 en 31 januari 2021 inbegrepen, dividenden toekennen of betalen (uitkering tantièmes vormt geen belemmering)
vrijstelling voor corona steunpremies toegekend door gewesten, gemeenschappen, provincies of gemeenten om het hoofd te bieden aan de covid19-pandemie. / (hier geen uitkeringsverbod)