Wanneer u als bedrijfsleider een deel van uw woning aan uw vennootschap verhuurt en u daarvoor tussen 2005 en 2013 een woonbonuslening aanging, denk dan twee keer na vooraleer u de federale woonbonus vraagt in uw aangifte personenbelasting! Waarom?

Verhuren aan uw eigen vennootschap

Stel dat u bedrijfsleider bent en u een gedeelte van uw woning verhuurt aan uw eigen vennootschap. Fiscaal is dat interessant want de ontvangen huur wordt voordeliger belast dan een bezoldiging dankzij het kostenforfait. Blijf wel binnen de maximaal toegelaten grens (maximum huur = KI x 5/3 x 4,23).

Het deel van uw woning dat u zelf betrekt is uw “eigen “ woning. Dat stukje KI is vrijgesteld.
De leningsuitgaven daarop geven recht op gewestelijke belastingvoordelen.
Voor leningen vanaf 1 januari 2016 is dat in Vlaanderen de geïntegreerde woonbonus. 

Het andere deel dat u verhuurt aan uw eigen vennootschap is ‘niet-eigen’, want u betrekt dat stuk niet zelf. Dat deel van het KI geeft u aan naast code 1109/2109 en de ontvangen huur naast code 1110/2110 (eventueel deel in code 1401/2401 als bezoldiging). Voor het krediet dat slaat op dat verhuurd gedeelte van uw woning krijgt u de federale fiscale voordelen.

Let op. Is de aankoopsom van de woning volledig beleend zonder specifieke opsplitsing , dan moet u zowel de kapitaalaflossingen, de interesten alsook de schuldsaldoverzekeringspremie opsplitsen tussen het deel “eigen woning” en het deel “niet-eigen” woning.

Woonbonuslening aangegaan van vóór 2014

Stel dat u tussen 2005 en  2013 een hypothecaire woonbonuslening aanging voor de woning waarvan u in 2014 bv. 25% verhuurde aan uw vennootschap als bedrijfsleider. Dan vult u 75% van de kapitaalaflossingen en interesten in onder de gewestelijke woonbonus (code 3370/4370). Wellicht bereikt u daarmee reeds volledig uw maximale woonbonuskorf van 3.040 EUR per ontlener.

De overige 25% van uw leningslasten kunt u invullen in de federale woonbonus (code 1370/2370). Maar daarmee krijgt u géén euro extra voordeel meer als uw gewestelijke woonbonuskorf reeds volledig opgevuld werd.

Optimaliseer woonbonus in uw belastingaangifte

Tip. De federale woonbonus is een keuzestelsel (art. 539, §2, 1e lid WIB 1992, art. 14 WIB 1992 en art. 145/1, 4°-5° WIB 1992). U hoeft niet per se te kiezen voor deze federale woonbonus. U kunt ook een andere keuze maken. Laat daarom de federale woonbonus (code 1370/2370) vallen en kies voor het alternatief van federale langetermijnsparen voor uw kapitaalaflossingen/SSV-premie en federale gewone interestaftrek voor uw interesten. Met uw kapitaalaflossing en schuldsaldopremie bereikt u niets extra. Maar het grote voordeel van deze alternatieve keuze is dat u hiermee 25% van de betaalde intresten invult naast code 1146/2146 en dat die intresten rechtstreeks aftrekbaar zijn van uw belastbaar onroerend inkomen. Die interesten kunnen de huurinkomsten van uw vennootschap dus wegcijferen. Dat levert u een bijkomende belastingbesparing tegen het marginaal tarief (tot maximaal 50%) op!

Bent u vóór 2014 gestart met een hypothecaire woonbonuslening en verhuurde u als bedrijfsleider in 2014 een deel van uw woning aan uw eigen vennootschap, laat dan de federale woonbonus vallen en kies voor dat deel voor lange termijnsparen en gewone interestaftrek. De interesten op het verhuurde deel van uw woning zijn dan direct aftrekbaar van uw ontvangen huurinkomsten. Dat levert u een groter belastingbesparing op.

Opleidingen personenbelasting

Bent u al geabonneerd op onze fiscale databank?

  • Vind snel antwoorden op uw fiscale vragen. Ontdek de meerwaarde van Practinet voor uw praktijk.

Op de hoogte blijven van onze seminaries?

Schrijf je in voor onze nieuwsbrief