De BTW-Administratie past een nieuw boetebeleid inzake btw toe. Zij heeft de richtlijnen voor de toepassing van de proportionele  en niet-proportionele btw-geldboeten inmiddels gepubliceerd op haar website.
Een en ander was al voorzien in de beleidsnota van Financiën van 12 november 2015 waarin de minister pleitte om uit te gaan van de goede trouw van de belastingplichtige, in plaats van de kwade trouw.

Btw boetes administratie

Inzake de oplegging van de boeten verandert er in feite niets. De administratieve boeten inzake btw zijn van rechtswege verschuldigd: de bevoegdheid om de boete al dan niet op te leggen of de bevoegdheid om een administratieve boete inzake btw te verminderen in functie van de omstandigheden eigen aan elk geval komt dan ook niet toe aan de verbaliserende ambtenaar.

Voor bepaalde overtredingen wordt echter een nieuw boetebeleid ingevoerd:

  • Het betreft een van de overtredingen opgenomen in de lijst hieronder.

    Als de volgende vier voorwaarden cumulatief vervuld zijn, dan wordt de boete integraal kwijtgescholden:

    1. Het betreft een eerste overtreding van dezelfde aard, in een referentieperiode van vier jaar.
    2. Deze overtreding werd begaan te goeder trouw. Met inbreuken te goeder trouw bedoelen we inbreuken zonder het oogmerk de belasting te ontduiken of de ontduiking ervan mogelijk te maken. De goede trouw wordt verondersteld. Kwade trouw moet steeds door de administratie worden aangetoond.
    3. Een individueel en gemotiveerd verzoekschrift wordt ingediend. De algemene principes zijn hier eveneens van toepassing.
    4. Op het ogenblik van de indiening van het verzoekschrift heeft de belastingplichtige voldaan aan de gesanctioneerde verplichting en alle periodieke aangiften zijn ingediend.
  • Voor inbreuken vastgesteld naar aanleiding van een uitgevoerde controle die géén impact hebben op de roosters 71 of 72 wordt – voor de eerste overtreding – onder dezelfde vier voorwaarden die cumulatief moeten vervuld zijn, de boete integraal kwijtgescholden.
  • In dit geval geldt daarenboven als bijkomende voorwaarde dat de maatstaf van heffing van de desbetreffende facturen werd opgenomen in de boekhouding én in de periodieke aangifte(n).
    Voor de tweede overtreding wordt de boete herleid tot 2 % en voor de derde en volgende overtredingen tot 5 %. Voor de niet-spontane indiening van de bijzondere btw-aangifte en voor inbreuken die (in principe) slechts éénmaal mogelijk zijn wordt een herinneringsbrief verzonden naar de belastingplichtige waarbij een bijkomende termijn van 30 dagen verleend wordt om de situatie recht te zetten. Als de belastingplichtige/betrokkene zijn situatie binnen deze termijn regulariseert, dan wordt er géén boete opgelegd.

Indien het nieuwe boetebeleid niet van toepassing is, dan kan de boete nog altijd worden kwijtgescholden of verminderd op grond van overmacht of op grond van andere elementen eigen aan het concrete geval, zoals dit nu reeds het geval is.

Indeling van de boeten : algemeen

Voor de btw worden de boeten traditioneel onderverdeeld in proportionele en niet-proportionele geldboeten. Deze worden elk nog eens opgedeeld in een categorie van wettelijke en een categorie van verminderde administratieve boeten. Beide categorieën zijn wettelijk verschuldigd, aangezien de loutere materiële overtreding van de wet in principe volstaat en het overbodig is na te gaan of de belastingplichtige het oogmerk had de wetgeving te omzeilen.

Het nieuwe boetebeleid

Tenzij het gaat om louter toevallige overtredingen of de toepassing van het 'substance over form'-principe bij de uitoefening van het recht op aftrek, is het op voorhand niet sanctioneren van een eerste inbreuk als dusdanig niet mogelijk in de huidige stand van de wetgeving. Om die reden wordt – voor een welomschreven categorie van overtredingen – een systeem ingevoerd waarbij onder bepaalde voorwaarden, die cumulatief moeten vervuld zijn, volledige kwijtschelding van de opgelopen boeten kan worden verleend.

Als we voortaan spreken over inbreuken waarop het nieuwe boetebeleid van toepassing is, dan verstaan we hieronder telkens dat deze vier voorwaarden cumulatief vervuld zijn.
Inbreuken vastgesteld naar aanleiding van een uitgevoerde controle die geen impact hebben op de roosters 71 of 72 vallen, wat de eerste overtreding betreft, in wezen eveneens onder de toepassing van het nieuwe boetebeleid.

Indeling van de boeten voor de toepassing van het nieuwe boetebeleid

Voor de toepassing van deze richtlijnen dienen de boeten inzake btw onderverdeeld te worden in drie klassen.

De eerste klasse omvat de inbreuken die te goeder trouw werden begaan waarop het nieuwe boetebeleid van toepassing is (Categorie I).

De tweede klasse omvat de inbreuken die te goeder trouw werden begaan waarop het principe 'kwijtschelding bij eerste inbreuk die te goeder trouw werd begaan' niet van toepassing is. Bij deze klasse zijn er vier categorieën (Categorie II tot V).

De derde klasse tenslotte omvat de inbreuken met het oogmerk de belasting te ontduiken of de ontduiking ervan mogelijk te maken (Categorie VI).

Inbreuken die te goeder trouw werden begaan waarop het nieuwe boetebeleid van toepassing is (Categorie I)

Met inbreuken te goeder trouw bedoelen we inbreuken zonder het oogmerk de belasting te ontduiken of de ontduiking ervan mogelijk te maken. In deze gevallen kan de goede trouw dus verondersteld worden.

Tot deze categorie behoren de volgende inbreuken:

  1. Niet-indiening klantenlijst
  2. Laattijdige indiening klantenlijst
  3. Andere boeten met betrekking tot klantenlijsten
  4. Niet-indiening opgave van de intracommunautaire handelingen
  5. Laattijdige indiening opgave van de intracommunautaire handelingen
  6. Andere boeten met betrekking tot de opgave van de intracommunautaire handelingen
  7. Niet-indiening aangifte MTN (lijst van intracommunautaire leveringen van nieuwe vervoermiddelen – Moyens de Transport Neufs)
  8. Laattijdige indiening aangifte MTN
  9. Andere boeten met betrekking tot aangiften MTN
  10. Overtredingen vastgesteld door opsporingsambtenaren of door ambtenaren van de Algemene Administratie van de Douane en Accijnzen, de Algemene Administratie van de Fiscaliteit of van de Algemene Administratie van de Bijzondere Belastinginspectie met uitzondering van overtredingen voor de reglementering 'GKS' en bepaalde overtredingen waarbij de goede trouw – gelet op de aard van de overtreding – niet kan ingeroepen worden
  11. Een aantal minder frequente overtredingen die eveneens bedoeld zijn in de eerste categorie
  12. Inbreuken vastgesteld naar aanleiding van een controle die geen impact hebben op rooster 71 of 72;

Voorbeelden van de andere overtredingen onder punt 11 hiervoor

  • Niet correct invullen van de periodieke btw-aangifte:
    • Handelingen die in rooster 00 dienden opgenomen te worden, werden te goeder trouw niet opgenomen
    • Ten onrechte opnemen van een handeling in rooster 00
    • Uitgaande handelingen werden – te goeder trouw – verkeerdelijk opgenomen in rooster 44 in plaats van in rooster 47, of vice versa
    • Aankoopbedrag wordt vermeld in rooster 82 i.p.v. in rooster 81 of 83
  • Factuur die niet voldoet aan een of andere vormvereiste.

De boete wordt, tenzij het gaat om louter toevallige overtredingen of de toepassing van het 'substance over form'-principe bij de uitoefening van het recht op aftrek, wél opgelegd zoals voorzien in het Btw-Wetboek en met naleving van de bepalingen van de koninklijke besluiten nr. 41 en 44, maar wordt kwijtgescholden als cumulatief voldaan is aan de vier (reeds hiervoor genoemde) voorwaarden.

Bij ontvangst van een verzoekschrift tot kwijtschelding of vermindering van een boete m.b.t. een in deze categorie bedoelde overtreding wordt deze als volgt beoordeeld:

Bij de eerste inbreuk : Als te goeder trouw: 'automatisch' kwijtgescholden mits schriftelijk verzoek van de belastingplichtige of zijn mandataris

De volgende overtredingen : géén 'automatische' kwijtschelding maar toepassing van het regentbesluit op basis van andere elementen blijft mogelijk (kwijtschelding of vermindering).

Voor de hierna opgesomde overtredingen is het nieuwe boetebeleid eveneens van toepassing.

Factuur en als zodanig geldend stuk Voldoet niet aan een andere door of krachtens de regelgeving voorziene verplichting, de in de andere afdelingen bedoelde overtredingen uitgezonderd
Andere stukken en rapporten Niet opgemaakt binnen de termijn voorzien door of krachtens de regelgeving of niet conform de regelgeving
Boeken, registers en journalen Voldoet niet aan één of meerdere van de door of krachtens de regelgeving voorziene vereisten
Boeken, registers en journalen Bevindt zich niet of is niet toegankelijk op de door of krachtens de regelgeving voorziene plaats
Boeken, registers en journalen Een vereiste inschrijving werd niet verricht binnen de termijn voorzien door of krachtens de regelgeving
Boeken, registers en journalen Een verrichte inschrijving of rechtzetting is niet conform met de door of krachtens de regelgeving voorziene bepalingen
Stukken, andere dan boeken en facturen Niet opgemaakt
Andere stukken en gegevens Niet opgemaakt of niet gehouden
Artikel 60 : Bewaren boeken en stukken Niet-conforme bewaring
Elke andere verplichting Elke andere verplichting bedoeld in het Wetboek en de besluiten genomen ter uitvoering ervan dan deze beoogd in afdeling 1 to en met 5 van de bijlage bij koninklijk besluit nr. 44

Voor deze overtredingen wordt het principe 'kwijtschelding bij eerste inbreuk die te goeder trouw werd begaan' eveneens toegepast.

Inbreuken die te goeder trouw werden begaan waarop het principe 'kwijtschelding bij eerste inbreuk die te goeder trouw werd begaan' niet van toepassing is

Voor deze categorie onderscheiden we vier categorieën.

1. Inbreuken vastgesteld naar aanleiding van een controle (Categorie II)

Gelet op de aard van de vastgestelde overtredingen is het nieuwe boetebeleid niet van toepassing op alle andere inbreuken vastgesteld naar aanleiding van of tijdens een uitgevoerde controle, met uitzondering van diegene die onder categorie I vallen:

  • Inbreuken zonder impact op de roosters 71 of 72 (eerste overtreding) bijvoorbeeld (niet-limitatief):
    • Verschuldigde btw op een intracommunautaire verwerving werd niet voldaan, maar was volledig aftrekbaar
    • Verschuldigde btw koninklijk besluit nr. 1, artikel 20 (regeling btw te voldoen door de medecontractant) werd niet voldaan, maar was volledig aftrekbaar
    • Btw op intracommunautaire diensten werd niet voldaan maar was volledig aftrekbaar
    • Invoer met verlegging van de heffing (vergunning ET 14.000), btw niet voldaan, maar was volledig aftrekbaar
  • Andere overtredingen (eerste overtreding) onder punt 11 hiervoor.

Opmerking: de uitoefening van het recht op aftrek op basis van een niet-conforme factuur is géén toepassing van het nieuwe boetebeleid. Rekening houdend met recente arresten van het Hof van Justitie kan deze aftrek aanvaard worden indien de handeling op zich kan worden aangetoond via onderliggende, overeenstemmende stukken. Aldus wordt geen boete opgelegd (en moet ze dus ook niet kwijtgescholden worden).

Hierbij moet onderscheid gemaakt worden tussen de eerste overtreding en de volgende overtredingen.
Voor de eerste overtreding is het nieuwe boetebeleid van toepassing (volledige kwijtschelding van de geldboete als voldaan is aan de voorwaarden).

Als in voorkomend geval zich later problemen inzake herziening (1) van de btw zouden kunnen voordoen, moet voor de handelingen als volgt gehandeld worden:

  • De verschuldigde btw wordt gevorderd (via een regularisatie-opgave of een proces-verbaal ingeval van niet-akkoord)
  • Het recht op aftrek wordt gecompenseerd
  • De verminderde administratieve boete wordt opgelegd
  • Als voldaan is aan de voorwaarden voor het nieuwe boetebeleid (1ste overtreding – te goeder trouw – rechtgezet – verzoekschrift), wordt de boete voor een eerste overtredingintegraal kwijtgescholden, op voorwaarde dat de maatstaf van heffing van de desbetreffende facturen werd opgenomen in de boekhouding en in de periodieke btwaangifte(n).

    (1) Als er geen btw in aftrek werd gebracht, dan is – in de gevallen waarin een herziening van de btw zich opdringt – géén herziening mogelijk, volgens een deel van de rechtspraak. Om dit eventuele argument te ontkrachten dient gehandeld te worden zoals hier uiteengezet wordt.

Voor de tweede overtreding, wordt de boete herleid tot 2 % onder dezelfde voorwaarden.

Voor de derde en volgende overtredingen, wordt de boete herleid tot 5 %, eveneens onder dezelfde voorwaarden.

2. Inbreuken vastgesteld door opsporingsambtenaren (NCO) of door ambtenaren van de Algemene Administratie van Douane en Accijnzen, van de Algemene Administratie van de Fiscaliteit of van de Algemene Administratie van de Bijzondere Belastinginspectie waarop het nieuwe boetebeleid niet van toepassing is (Categorie III)

Gelet op de aard van de vastgestelde overtredingen is het nieuwe boetebeleid niet van toepassing op de hierna opgesomde inbreuken vastgesteld door voornoemde ambtenaren (limitatief):

  • Inbreuken aangaande de facturen, stukken en invoerdocumenten
  • Inbreuken aangaande de kastickets, rekeningen of ontvangstbewijzen
  • Inbreuken aangaande het niet houden van de boeken, registers en journalen waarvan het houden wordt voorgeschreven
  • Inbreuken  inzake de bewaring van boeken en stukken;
  • Inbreuken inzake de voorleggingsplicht, het verlenen van vrije toegang en het verstrekken van inlichtingen.

3. Inbreuken met betrekking tot de periodieke btw-aangiften, bijzondere btw-aangiften en MOSS-aangiften (Categorie IV)

 De volgende inbreuken komen niet in aanmerking voor de toepassing van het nieuwe boetebeleid:

  • Inbreuken m.b.t.de periodieke btw-aangiften:
    • Laattijdige indiening
    • Niet-indiening
    • Niet-betaling en niet-tijdige betaling
  • Inbreuken m.b.t. de bijzondere aangiften:
    • Niet-betaling en niet-tijdige betaling
  • Inbreuken m.b.t. de MOSS-aangiften:
    • Laattijdige indiening
    • Niet-indiening
    • Niet-betaling en niet-tijdige betaling

4. Bijzondere aangiften/Inbreuken die (in principe) slechts éénmaal mogelijk zijn (Categorie V)

Niet-spontane laattijdige indiening van de bijzondere aangifte nr. 629.

Niet-indiening of laattijdige indiening van een aangifte:

  • 604A
  • 604B
  • 604C
  • 606   (btw-eenheid)
  • 606bis
  • 606ter
  • Aangifte 104/5 (aangifte toevallige oprichter)

Voor de niet-spontane indiening van de bijzondere btw-aangifte en voor inbreuken die (in principe) slechts éénmaal mogelijk zijn wordt een herinneringsbrief verzonden naar de belastingplichtige waarbij een bijkomende termijn van 30 dagen verleend wordt om de situatie recht te zetten. Als de belastingplichtige/betrokkene zijn situatie binnen deze termijn regulariseert, dan wordt er géén boete opgelegd.

Inbreuken met het oogmerk de belasting te ontduiken of de ontduiking ervan mogelijk te maken (Categorie VI)

Deze inbreuken vallen buiten het bestek van deze richtlijnen.

Vanaf wanneer toepasselijk ?

De nieuwe richtlijnen zijn van toepassing voor alle verzoekschriften tot kwijtschelding die behandeld worden na 1 april 2018 voor boeten die werden opgelegd na 1 januari 2018.

Btw seminaries

Bent u al geabonneerd op onze fiscale databank?

  • Vind snel antwoorden op uw fiscale vragen. Ontdek de meerwaarde van Practinet voor uw praktijk.

Op de hoogte blijven van onze seminaries?

Schrijf je in voor onze nieuwsbrief